Keeskoppen

De Hovenaars droegen op het einde van de zestiende eeuw de bijnaam cardinalisten (aanhangers van kardinaal Granvelle). Granvelle was één van de invloedrijkste raadgevers van Margaretha van Parma, die de Nederlanden bestuurde onder het bewind van Filips II. De Hovenaars droegen ook de spotnaam keeskoppen. Die naam heeft niets met kaas te maken, maar kwam er toen de torenspits van de Sint-Laurentiuskerk vernield werd. Kees is in dit geval een verbastering van kaal, wat verwijst naar de kale toren van de kerk.

Uitgebreide statistieken

  • Aantal paginahits: 44.752.618
  • Aantal bestanden: 1.524.054
  • Ontsloten informatie: 758.178 Mbyte
  • Aantal databankvelden: 13.378.791

Zoeken

Back to Top