Eigenschappen
- Locatie: Edingsesteenweg (Heuvelstraat) / Molenveld / 700 m NO van de kerk - Gooik
- Categorie: Oude molens
- Vastgesteld: Nee
- Beschermd: Nee
- Status: Niet bewaard
- Typologie: molens
- Context: Staakmolen - Korenmolen
- Datering: Gebouwd voor 1525 / ca. 1620; verdwenen: ca. 1580: oorlog / 5 juli 1914: gesloopt
Informatie
Brunehaultmolen / Brunehautmolen / Molen van Kestens / Molen van het Station
De Brunehau(l)tmolen, Molen van Kestens of Molen van het Station was een houten korenwindmolen aan de Edingsesteenweg, op 700 m ten noordoosten van de kerk van Gooik.
In 1525 werd melding gemaakt van "de cassye niet verre van den wyntmolen van goycke" en in 1559 van "moelencautere". Na de vernieling tijdens de Troebelen werd hij rond 1620 door graaf de Renesse, heer van Gaasbeek, herbouwd.
In 1696… “den molen van den Heer, in de vorige cohieren ghetaxeert tot 150 g., aff gehelegt een vierde voor de reparaties blyft 101 g. 10 st.” 1711… “de quote van de molens eerst den molen van den heere baron is gequotineerd 5 gls-11-1. Item der haeghen 2-16.”
In 1724 is het Jan Verhavert, burgemeester van Gooik (1690-1765, gehuwd met Jenne Marie Claes), die de molen huurt en als taks te betalen heeft 16. 13-3 g.
Jan Verhavert, molder, had, volgens het “sethboek” 1734-35, 16 bunderen 70 roeden land; toen betaalde hij voor zijn molen 20-15-1. In 1747 en 1754 staat Verhavert op het bevolkingsregister “molder van den wintmolen, bij hem in huere ghehouden voor 90 gls. ’s Jaers.”
Later komt de molen in eigendom aan de familie Verhavert. Een poosje waren er de Steppés maalders, afkomstig van Edingen. Een Jan-Jozef Steppé, geb. 19 oktober 1782, maalder, woonde te Pollaerden: zo stond op de lijst “Conscrits” van ’t jaar XII. Nog onder de Franse tijd wordt eigenaar-molenaar Jan Walravens, gehuwd met E. T. Antonia De Smeth, van Breeëik (St.-Kwintens-Lennik). Daarna is de molen in handen gekomen van baron d’Hoogvorst, en, nog later, van de bekende grooteigenaar Lippens van Gent. Als huurders van die heren kennen wij Karel-Lodewijk De Leener en Jozef Van Overstraeten.
Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Brouckhoven de Bergeyck Pierre Julien Louis, te Mechelen
- 5 september 1840, erfenis: a) Brouckhoven de Bergeyck Henri François, te Mechelen, b) Brouckhoven de Bergeyck Edouard Alfons, te Mechelen en c) Brouckhoven de Bergeyck Marie Joséphine, te Mechelen (overlijden van Pierre Brouckhoven de Bergeyck)
- 17 mei 1856, erfenis: Brouckhoven de Bergeyck Henri François Joseph, rentenier te Mechelen
- 7 april 1878, erfenis: de erfgenamen (overlijden van Henri Brouckhoven de Bergeyck)
- 27 juni 1883, erfenis: de kinderen (overlijden van Victor Brouckhoven de Bergeyck)
- 5 augustus 1889, deling: de Kerkhove d'Ousselghem - de Neve de Rode, eigenaar te Vosselaar (notaris Grau)
- 26 maart 1898, verkoop: Lippens) Serstevens Philippus Augustus Maria, eigenaar te Gent (notaris Claes)
- 18 juli 1904, erfenis: de weduwe en kinderen (overlijden van Philippus Lippens)
- 17 maart 1910, verkoop: Kestens-Sorgeloos Pieter Jozef, houtkoopman te Gent (notaris Michiels)
De laatste eigenaar Jozef Kestens-Sorgeloos liet de molen afbreken op 5 juli 1914.